Vrijstellingsregel

Toen het aantal besmettingen van coronavirus vorig jaar toenam, verbood de federale regering burgers en permanente inwoners het land te verlaten. Momenteel kan een persoon alleen uit Australië vliegen als hij met succes een vrijstelling van de federale overheid heeft aangevraagd op medelevende gronden of een andere dwingende noodzaak om te reizen en terug te keren.
Het idee van een algemeen verbod op het verlaten van het land is gebaseerd op de Biosecurity Act. Op 17 juni 2021 wordt de wet opnieuw met drie maanden verlengd.

Waarom wordt deze vrijstellingsregel als onmenselijk en onevenredig beschouwd?

Dit verbod voor burgers die Australië verlaten, is een inbreuk op de grondrechten van Australiërs en permanente inwoners.
Australië verbiedt mensen om Australië te verlaten zonder toestemming, zelfs als ze een buitenlands paspoort hebben en worden aangespoord om terug te keren naar hun land van herkomst.

Veel Australiërs en vaste bewoners hebben naaste familie in het buitenland en ervaren deze harde regels wanneer familieleden ziek worden of op een andere manier hulp en ondersteuning nodig hebben. Zelfs als mensen het land mogen verlaten, duurt het vaak te lang om de vrijstelling te krijgen. De beslissing komt te laat, vaak nadat er meerdere verzoeken zijn gedaan. Tegen de tijd dat een vrijstelling wordt verleend, is de situatie mogelijk verslechterd en zijn familieleden overleden, waardoor er veel leed en depressie is ontstaan.

Het onderhouden van nauwe banden met familie in het buitenland is een belangrijk onderdeel van het leven dat door de regering enorm wordt onderschat. Als gevolg hiervan, nog steeds geen verbetering of versoepeling in zicht, heroverwegen veel permanente bewoners en expats hun verblijf in Australië. Grotere groepen immigranten die dit land verlaten, kunnen grote gevolgen hebben voor de Australische economie.