Expat-kinderen en Nederlands als tweede taal
Kinderen voorlezen is goed voor de taalontwikkeling, maar dan het liefste in de eigen moedertaal.
“Ik probeer mijn kinderen zoveel mogelijk in het Nederlands voor te lezen. Dat is toch het allerbeste?” Een veel gehoorde vraag van expats met Nederlands als tweede taal (NT2). Als je wilt dat kinderen het Nederlands goed en snel onder de knie krijgen, dan moeten ze ondergedompeld worden in die taal. Dit klopt, maar wel onder bepaalde voorwaarden.
Kinderen met NT2 verwerven de taal in interactie met de omgeving
Hoe meer interactie, hoe beter. Het taalaanbod en de interactie moeten echter wel aan eisen voldoen. Beide moeten kwalitatief en kwantitatief goed zijn. Als ouders het Nederlands nog niet goed beheersen, komen deze eisen in het gedrang. Sterker nog, er bestaat het gevaar dat kinderen het Nederlands foutief aanleren. Het afleren van taalfouten is namelijk erg lastig, zo is bewezen. Bovendien hebben de kinderen voordeel van de taalontwikkelingen in hun eerste taal bij het aanleren van de tweede taal. Het voorlezen in de eerste (moeder-)taal is dus juist een goede zaak.
Leeftijd en taalervaring spelen een rol bij verwerven tweede taal
Vaak wordt gezegd dat jonge kinderen een tweede taal sneller op lijken te pikken. Dat is gedeeltelijk waar. Volwassenen hebben hun eigen moedertaal namelijk al geheel onder de knie. Zij hebben daarvan profijt bij het leren van een tweede taal. Hierdoor leren zij een tweede taal sneller dan kinderen. In het begin gaat de ontwikkeling bij jonge kinderen relatief snel. Jonge kinderen leven ook meer in een tweede-taalomgeving dan volwassenen. Bijvoorbeeld op een Nederlandse school en op straat met Nederlandse kinderen. Bovendien kunnen kinderen in die omgeving volstaan met eenvoudige taalconstructies en hoeven zij bijvoorbeeld geen ingewikkelde offerte in het Nederlands op te stellen. Zo lijkt het of jongere kinderen sneller hun tweede taal verwerven dan oudere kinderen of volwassenen.
Hoe kinderen een tweede taal verwerven
Kinderen leren niet als vanzelf een tweede taal door in een Nederlandse omgeving op te groeien, maar ze verwerven deze taal wel door interactie met de omgeving. Op basis van wat ze horen, stellen ze aannames op over wat woorden betekenen en welke regels van toepassing zijn. Deze aannames worden in de interactie met de omgeving getoetst.Ook leren kinderen bijvoorbeeld zinsconstructies doordat ze deze vaak horen. Zoals eerder gezegd: het taalaanbod moet wel correct zijn. Kinderen leren het snelst een tweede taal als zij een frequent, kwalitatief goed en op maat gesneden taalaanbod krijgen en in de interactie worden betrokken.
Het Nederlandse onderwijs is vaak weinig intercultureel. Ook komen er in schoolvakken regelmatig moeilijke woorden voor die niet of onvoldoende worden uitgelegd. Kinderen kunnen woorden zoals ”industrie” maar moeilijk met hun eigen leven of ervaring verbinden. Daarom begrijpen zij teksten niet goed.
Opvallend is dat veel scholen ervan uitgaan dat NT2-kinderen op een bepaald moment een zodanige taalvaardigheid hebben opgedaan, dat zij ook de taal van schoolse vaardigheden en vakken volledig verstaan. Dit blijkt niet altijd juist. De woordenschat van kinderen met NT2 is vaak nog niet voldoende om in de zaakvakken (zoals Aardrijkskunde) alles te begrijpen en verbanden te kunnen leggen. Met name het slecht aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen in combinatie met abstracte teksten en moeilijke woorden, zorgt ervoor dat tijdens de basisschoolperiode en erna een achterstand in het Nederlands ontstaat.
Verschillende factoren zijn van belang bij het aanleren van een tweede taal
De sociale factoren, de mate van interactie, de leeftijd, maar ook de motivatie en houding ten opzichte van het gastland spelen een rol bij het leren van de tweede taal. En als laatste – maar zeker niet minste factor – is er het taalonderwijs. De inhoud en organisatie van het taalonderwijs zijn van grote invloed op de prestaties.
Dutch for Children and more… combineert al deze factoren bij het aanleren van NT2. Samen met kinderen en ouders stellen wij een leerprogramma op dat aansluit op de belevingswereld en persoonlijkheid van ieder individueel kind. Dutch for Children and more staat voor interactief onderwijs, individueel of in kleine groepen.
De docent van Dutch for Children and more, Wendy van Dalen, heeft zich tijdens haar opleiding verdiept in het aanleren van een tweede taal. Tijdens haar uitzendingen als expat heeft ze zich gericht op het onderhouden van het Nederlands als eerste taal in het buitenland. Ook als moeder en ervaringsdeskundige weet ze hoe belangrijk taal is om gemakkelijker te integreren in het land waar je op dat moment verblijft. En hoe belangrijk het voor kinderen is om zich op die manier sneller op hun gemak te kunnen voelen. Wilt u meer weten over het aanleren van een tweede taal of het onderhouden van de eerste taal in het buitenland?
Stel u vragen gerust aan Wendy van Dalen via dutchforchildren@gmail.com.
http://www.dutchforchildren.nl/nederlands-als-tweede-taal/
Bronnen
- Appel, R. en Vermeer, A (1996). Tweede-taalverwerving en tweede taalonderwijs. Muiderberg: Coutinho. ISBN 9789062839520.
- Coenen, J. (2004) ’’Deugen de nieuwe taal-methodes voor twee-taligen leerlingen?’’, Wat & Hoe NT2. URL bezocht op 31 december 2014.
- Coene, J. (2008). School oorzaak taalachterstand. Volkskrant 30 juli 2008.
- Kuiken, F., Vermeer, A., Appel, R., Kurvers, J., Litjes, P., Mooren, P.,Verhallen, M. (2010) Nederlands als tweede taal in het basisonderwijs. Baarn/Utrecht/Zutphen: ThiemeMeulenhoff. ISBN 9789006955019.
- Lexicon. ”Nederlands als tweede taal. SLO”, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkkeling. URL bezocht op 6 december 2014.
Ik vind het altijd interessant om te lezen over kinderen die een tweede taal leren. Ik geloof ook dat de leeftijd een belangrijke rol speelt. Mijn eigen kinderen leren op dit moment Duits, omdat we aan de grens wonen. Ik probeer ze dan ook zo goed mogelijk te ondersteunen.